CBR moet van rechter voor de tweede keer rijbewijs teruggeven!

Reeds eerder gaf ik u aan dat het CBR zonder enige nuance het rijbewijs van een cliënt introk omdat het bijna twee jaar daarvoor psychisch even wat minder goed ging. Op zich allemaal niets ernstigs, maar deze zaak kreeg echter een juridisch staartje…

De eerste (voorzieningen)rechter was er al snel klaar mee en volgde het pleidooi van ondergetekende dat er door het CBR onvoldoende was gekeken naar de daadwerkelijke aandoening en de omstandigheden van het geval. Daarbij hanteerde het CBR volgens de rechter onjuiste uitgangspunten met betrekking tot de wet en regelgeving. Daarnaast verklaarde de rechter dat door het CBR aangehaalde uitspraken van de Afdeling van de Raad van State door het CBR onjuist waren uitgelegd.

Na deze uitspraak moest het CBR een beslissing nemen en verklaarde het bezwaar simpelweg niet gegrond! Het CBR deed dat echter zonder acht te slaan op de uitspraak van de Voorzieningenrechter.

Vervolgens werd er voor cliënt voor de tweede keer een Voorlopige Voorziening bij de rechtbank opgestart, anders zou cliënt wederom het rijbewijs kwijt raken.

Ook deze voorzieningenrechter hoorde het verweer van het CBR aan en wees wederom zonder enige terughoudendheid de gevraagde voorziening toe. Cliënt heeft dus het rijbewijs nog steeds, maar het is fascinerend om te zien dat door het CBR op geen enkele wijze wordt gekeken naar de belangen van degene die zijn rijbewijs en daarmee zijn baan kwijt raakt.

Een vlijmscherp oordeel en een tik op de neus voor het CBR. Cliënt kan in ieder geval weer werken.

U bent geïnformeerd en gewaarschuwd!

Hein Dudink/advocaat