Vrijspraak voor militair is niet genoeg voor defensie!
Veel gekker moet het juridisch niet worden. Een militair werd door defensie wegens het feit dat hij was veroordeeld door de Militaire Politierechter te Arnhem, ontslagen uit de militaire dienst.
Dit was echter een – verstek – zaak. Dat wil zeggen dat de militair niet op de zitting was verschenen. Hij had namelijk geen geld meer om naar Arnhem te reizen omdat hij en zijn gezin in ernstige financiële problemen waren gekomen. Hij kon net alle eindjes aan elkaar knopen. Gelukkig kon ik net op tijd Hoger Beroep instellen bij het Hof in Arnhem.
In de tussentijd vroeg ik een voorlopige voorziening aan bij de rechtbank Den Haag om het ontslagbesluit te schorsen totdat duidelijk was wat er allemaal aan de hand was. Dat werd afgewezen omdat er voldoende ernstige gronden waren en het ontslag dus terecht was. De Voorzieningenrechter in Den Haag woog het feit dat hij bij verstek was veroordeeld niet mee.
Uit het inmiddels opgevraagde strafdossier bleek dat de militair met een collega en zijn vrouw een gezellige avond had gehad, waar overigens ook de ouders van de vrouw van zijn collega bij aanwezig waren. Toen hij naar de WC ging is hij, naar het zich liet aanzien, door meerdere mensen (een groep) in elkaar geslagen en is pas in het ziekenhuis weer bijgekomen. Er waren dus redenen genoeg om in Hoger Beroep te gaan.
In Hoger Beroep heb ik de militair bij het Hof Arnhem vrij kunnen pleiten. Er volgde dus een vrijspraak op het eerdere verstek vonnis. Je zou denken dat als een ontslagbesluit is gebaseerd op de veroordeling bij de politierechter, een daaropvolgende vrijspraak zou moeten leiden tot een intrekking van het ontslag besluit.
Niet dus. Defensie bleef op het bizarre standpunt staan dat de militair het wel zelf had uitgelokt (!). Hij had zich kennelijk in een situatie gebracht waarbij hij zich in elkaar had laten slaan. Dat de militair en zijn gezin inmiddels financieel volledig aan de grond zaten, deed niet ter zake. Veteraan of niet, het maakt kennelijk allemaal niets uit.
Er zat dus niets anders op dan weer naar de Voorzieningenrechter van de rechtbank te Den Haag te gaan. Deze keer was de rechter een stuk kritischer en begreep er kennelijk net zo weinig van als ik. De hamvraag was natuurlijk waarom defensie zich niet aan de uitspraak van het Hof Arnhem wil conformeren.
Uitspraak volgende week…
U bent gewaarschuwd en geïnformeerd!
Hein Dudink/Defensieadvocaat.